v
a n d i e v a n v a n d i e p e n
       
pa x mam
26 april 1979: 40-jarig huwelijk
2 liedjes + puzzel met 6 liedjes
 

puzzel
Het bruidspaar moest onderstaande puzzel invullen. Als ze in het onderste diagram de juiste letters invulden, wisten ze welk cadeau ze kregen. Of toch niet?

1   2   3       4 5   6
               7      8  
9   10 11   12 13          
    14      
 
      15  
16 17               18    
        19    20     21    
22           23     24 25  
          26     27      
28                      

11 22 12 1 6 21 21 17 16 20 21 26 10 9 9 19 8

horizontaal:
2. Liedje 1
4. Tante aan de overkant
7. En daarmee uit!
9. Liedje 2
14. Oud roest op jonge leeftijd
15. Typisch puzzelwoord: oude lengtemaat
16. Als jij dit hebt, heeft je tegenpartij een mars.
18. Vliegende schotel
19. Taal die pa en mam aan het leren zijn, omdat ze (de kinderen van) oom Herman en tante Lien gaan bezoeken
22. Grote weg
23. Er helemaal mee ... zijn / Mooi ... zitten
24. Kon Piet vroeger fantastisch 'doen'
26. Bruigom
28. Liedje 3
verticaal:
1. Deed opa Tames vrijwel de hele dag
3. Liedje 4
4. Pit / mars
5. Plaats in Brabant
6. Liedje 5
7. Flater van mam: We gingen eten en tijdens het bidden begon ze alvast soep op te scheppen. "Onze Vader, die in de hemel zijt - met of zonder ...?"
8. Caro wel, Bertus niet
10. Voornaam van de ontdekkingsreiziger naar wie de latere Verenigde Staten zijn genoemd.
11. Wilde opa Tames wel een schep van over zijn aardappelen.
12. Nog een typisch puzzelwoord: deel van een mast
13. Woord dat pa en mam elkaar 40 jaar geleden hebben gegeven.
18. Liedje 6
20. To go
25. En
26. De Jong sr en jr
27. Maak je pa niet blij mee (en veel anderen aan het huilen)

liedje 1
wijze: Daar komen de schutters


Na jarenlang brommen, zei pa: "Ik stap af.
Ik heb het bekeken, ik koop een DAF.
Ik hoef geen geschakel." Dus op naar De Rie.
Snel had pa de rijkunst onder de knie.

Mam vond de DAF prima voor Vezo en kerk,
maar pa had hem nodig voor al zijn werk.
Zo ging moeders nette personenvervoer
al snel naar de donder, want pa is boer.

Hij stouwt dus de 'laadbak' heel vaak boordevol
met tonnen vol kliek of met schapenwol,
met fietsen of planken of met baaltjes hooi
en zo wordt de auto steeds minder mooi.

Als mam dan wat moppert, zegt pa: "Hij rijdt zó!
Een auto is handig, niet voor de show!"
Maar pa, trek tenminste je DAF-je voortaan
voordat ie aan 't werk moet, z'n overall aan.

liedje 2
wijze: Poen poen poen poen

Refrein:
Als pa en moe
een potje kaarten willen, gaan ze overal naar toe.
't Doet er niet toe
of 't in Grosthuizen is of Wijdenes of Lutjebroe.
Zelfs op Terschelling hoef je je niet te vervelen,
daar kun je ook altijd wel een partijtje spelen.
Ja, ja!
En zit het mee -
weer een prijs alletwee!

Een potje klaverjassen,
dat kan je zo verrassen.
Precies gelijk is nat,
maar alle slagen is een mars.
Wie effe zit te pitten,
kan zo een pit verzitten.
Dan krijg je van je maat
soms ongenadig op je bast.

Refrein

En als je roem moet maken,
dan mag je niet verzaken.
Vrouw-heer van troef is stuk
en dat is lang geen kattenpis.
Maar soms lijkt het wel oorlog.
Waar komt het anders voor nog
dat 'n doodgewone boer
zo ongewoon belangrijk is.

Refrein

liedje 3
wijze: 't Was nacht, 't was nacht

Ons moeder deed het jaar na jaar na jaar.
Toen zei ze: "Laat een ander nu dan maar,
want een bestuur vol oudjes
voor zoveel jonge vrouwtjes
dat lijkt me niet zo goed, dus ik stap op.
Voor mij een jonkie in de vrouwentop
voor 't leiden van het gillen
bij vrouwen die wat willen."
Dus raden, raden maar.
Wie is het eerste klaar?


liedje 4
wijze: Lopen - is goed voor iedereen

Fietsen - mam voelt zich daarbij puik.
Fietsen - da's goed voor pa z'n buik.
Zo 's middags in de zon naar Oudendijk of Blokker toe.
Dat kaarten kan wel 's avonds - lekker rozig, toch niet moe.

Fietsen - gezellig met elkaar.
Fietsen - dat kan nog menig jaar.
Je houdt je eigen tempo, trekt je van geen mens wat aan;
je hoeft toch als je 80 bent, geen Merckx meer te verslaan.

Fietsen - gezellig met z'n twee.
Fietsen - dat is een leuk idee.
En onderweg zo af en toe een sanitaire stop,
dan eten ze een uitsmijter en stappen weer eens op.


liedje 5
wijze: Op een rode paddestoel

Ieder weekend is het raak, zit het huis vol mensen.
Wel gezellig, maar soms meer dan je wel zou wensen.
Tja, lieve pa en mam, dat kon je verwachten
toen jullie zo'n kinderschaar op de wereld brachten.


liedje 6
wijze: Varia, varia...


Twente, Terschelling, Heiloo, Schoorl, Valkenburg, Luxemburg.
DAF-reisjes, Rijnreisjes, fietsreisjes, busreisjes heen en turg.
Maar na 't voorbeeld van Jan en Gré
willen ze ook wel eens naar overzee
om eens te kijken bij Herman en Lien in Amerika.

 


op stap
wijze: Sofietje


Altijd kwamen ze er fietsend,
samen fietsend,
als er een verjaardag was,
bij oom Cor of tante Clas,
't cadeautje in de tas.
Bijna niemand was er trouwer
- of er zou er
eentje ziek zijn van het stel,
maar dan kwam toch altijd nog de ander wel.

  Refrein:
Kijk ze rijden weer naar Hoorn of Zuidspierdijk
de Beemster in of naar de Bobeldijk;
waar een Gré of Niek visite krijgt, daar zie je ze gelijk.
Op het buurtje of in Blokker, op het Zuid,
aan de Jaagweg, op de Burgt, het maakt niet uit,
overal zijn ze steeds welkom, onze Bruidegom en Bruid.

Later kwam er ook een brommer,
want je kom er,
snel mee weg, dat is bekend.
Maar sleep niet, zei oom agent,
anders geef ik je een prent.
Was het nog maar een klein stukkie,
nog een rukkie,
dat moe best nog fietsen kon,
nee, toch trekken en die tuut, die schreef een bon.

  Refrein

Niet meer alles op een draffie,
maar een Daffie,
een genot voor pa en moe,
zonder wanten - dat gedoe -
lekker overal naar toe.
Af en toe een beetje poetsen,
aan die koets en
dan de weg er weer mee uit.
Of het goed gaat, hoor je wel aan het geluid.

  Refrein

En nu zie je ze weer fietsen,
samen fietsen,
als het weer niet al te slecht
en de fietszin er wel echt
en moes fiets ook weer terecht.
Haast nog liever dan te kaarten,
met een vaart en
open oog voor 't prille groen
fijn dat ze dat nu tezamen kunnen doen.

  Refrein

grost
wijze: Kleine kokette Katinka


Er staat een huis in Grosthuizen,
daar wonen drie mensen in.
Kom je toch zo maar eens kijken,
dan denk je: "Oef, wat een gezin."
Er staat een huis in Grosthuizen,
daar keren veel kind'ren steeds weer.
Ze blijven gewoonlijk niet slapen,
maar strijken zomaar even neer.

Er staat een huis in Grosthuizen,
op zaterdag is het daar bar.
Dan is soms dat huis afgeladen
en nog raakt mam niet in de war.
Er staat een huis in Grosthuizen,
daar wordt liters koffie getapt
en ranja voor tientallen kleintjes
(door oma - voor wie dat niet snapt).

Er staat een huis in Grosthuizen,
op woensdag is 't daar ook vaak raak.
Wie vrij heeft, valt dan zo eens binnen,
thee/koffie is zo in de maak.
Er staat een huis in Grosthuizen,
daar spelen ook kleinkind'ren fijn.
Ze komen met vriendjes, vriendinnen,
die ook altijd heel welkom zijn.

Er staat een huis in Grosthuizen,
't is wat bewerk'lijk toch wel.
Dus mam zou wat makk'lijkers willen,
maar dan komt ze snel in de knel.
Er staat een huis in Grosthuizen,
daar zijn we zo erg aan gewend.
Zou je dan zomaar verhuizen
naar waar je nog niemand echt kent?

Er staat een huis in Grosthuizen,
daar zijn wij zo aan gehecht.
We hebben onz' jeugd er gesleten
en die was toch heus lang niet slecht.
Er staat een huis in Grosthuizen,
daar komen wij o zo graag.
Maar of dat lang nog zal kunnen,
is iets wat ik liever niet vraag.