v
a n d i e v a n v a n d i e p e n
         
uitvaart op 14 februari 1995
in memoriam
door ina
 
Pa is er niet meer. Opa, ome Jaap, Jaap van Diepen is overleden.
Niemand had het een maand geleden kunnen denken, maar we hebben er nu wel vrede mee. Pa had een lang ziekbed slecht kunnen verdragen.
Nog maar net in het ziekenhuis zei hij: "Ik ben altijd een grote sterke kerel geweest, maar nou ben ik nog maar een oude stumper, hoor. Ik kan niks meer, ik ben aldoor maar moe." Dat viel hem zwaar.
Toen ie te horen kreeg dat er geen hoop op genezing was, wilde hij het liefst dan ook maar gauw dood. Daarna is ie binnen een week gestorven, op een voor hem kenmerkende manier: ongeduldig, maar zonder veel misbaar en in een rustig vertrouwen.

Ongeduld is een opvallende eigenschap van pa geweest: in de verhalen die de afgelopen dagen thuis naast de kist zijn uitgewisseld, werd ie vaak een poestig mannetje genoemd. Hij kon erg opvliegen als iets niet snel genoeg ging of als een beest een verkeerde kant op wou. Hij kon kinderachtig nijdig reageren als het hem bij een spelletje tegen zat.
Maar ook al was het wel eens onredelijk, je wist dat zo'n driftbui nooit lang duurde. En als die kwaaie kop weer over was, dan was het ook echt over. Haatdragend was ie absoluut niet. Integendeel: hij ging er altijd van uit dat iemand het niet kwaad bedoelde.
Dit vriendelijke en vanzelfsprekende geloof in het goeie van anderen, dit vertrouwen in mensen, is een belangrijke waarde die hij ons kinderen heeft meegegeven.

Dat meegeven zelf, het bijbrengen van normen, gebeurde - zoals alles - zonder ophef.
Het is al heel vaak gezegd, maar pa was nou echt een man van weinig woorden. Het was heel bijzonder dat hij tijdens het etentje voor mams 70ste verjaardag ging staan om een speech te houden. We kregen dan ook geen enorme toespraak. Pa kon het met twee zinnen af: hij wou alleen even zeggen dat ie blij was dat we zo zonder rottigheid met z'n allen bij elkaar waren en dat ie hoopte dat het zo zou blijven.

Wat pa van belang vond, hoefde hij niet te vertellen - dat kon je wel opmaken uit wat ie deed, uit wat ie ons voorleefde.

• Zoals goed zorgen voor wat je is toevertrouwd: wat heeft ie hard gewerkt, zeven dagen per week, jaar in jaar uit, om het bedrijf op te bouwen en in stand te houden - zodat de kinderen niet alleen te eten hadden en er knappies bij liepen, maar ook alle kansen kregen om door te leren en te worden wat ze zelf wilden.

• En trouw: allereerst natuurlijk aan mam - overduidelijk meer dan zesenvijftig jaar zijn nummer één in alles - en verder zijn hele familie, zijn hele grote familie, als oudste broer en later ook als zeg maar stamvader. Maar eigenlijk trouw aan iedereen die in zijn leven was gekomen, bijvoorbeeld ook zijn dienstkameraden uit de mobilisatietijd.

• En dan nog behulpzaam zijn waar je kunt: hij stond altijd klaar om mee te helpen in de boerenbedrijven van de buren, om je op te halen of weg te brengen, om financieel garant te staan.

Iedereen heeft natuurlijk andere herinneringen aan pa, aan opa, aan Jaap van Diepen. Maar er zal vast iets in zitten van solide, betrouwbaar, niet dominant, maar wel vanzelfsprekend aanwezig en ook markant aanwezig.
Achter in de kerk met zijn witte kop met haar en een sjerp van Eerbied in Gods huis. Op verjaardagen ergens in die grote groep, soms vol haarscherpe verhalen over vroeger, maar soms ook wegdommelend in het geroezemoes om hem heen.

En nu is ie er niet meer. Er zal een lege plek komen. Een heleboel mensen zullen hem missen.
Voor sommigen zal het een vreemd opkijken zijn als mam ergens zonder hem komt. Want het was toch eigenlijk: zie je de één, dan zie je de ander.
Voor ons kinderen is het een nadrukkelijker gat; onze vertrouwde rots is weggevallen.
Maar degene die natuurlijk het pijnlijkst misgrijpt, is mam. Het was groots om mee te maken hoe liefdevol ze pa als het ware toestemming en daardoor de ruimte gaf om dood te gaan.
Mam kan zich waarschijnlijk heus wel redden, maar wat ze heel goed kan gebruiken en wat we haar ook zullen geven, is steun bij het missen.